Giftige appel

Stiefmoeders komen er in sprookjes vaak nogal bekaaid van af. Heksen zijn het, die je een giftige appel in de maag splitsen uit jaloezie of je leven om een andere reden willen verzieken. In De stiefmoeder worstelt Claire Paagman, gelauwerd quiltmaakster, met juist die rol. Ze heeft weliswaar al twaalf jaar ervaring als ‘stief’ van de nu zestienjarige Josefien, maar een recente gebeurtenis drukt haar nog maar eens met haar neus op de feiten: als stiefmoeder kun je je maar beter nergens in mengen. Dat ze dat toch gedaan heeft – zo veel is meteen duidelijk, maar naar het waarom moeten we lang raden –, leidt tot verwijdering van haar echtgenoot Axel én Josefien. Zodat ze zich uiteindelijk genoodzaakt ziet de rol van boze stiefmoeder op zich te nemen.

Magie, humor en originaliteit zijn vaste ingrediënten in de boeken van Renate Dorrestein. Ook in De stiefmoeder. Een selfmade vampier en voodoopoppetjes bevolken de roman op volstrekt natuurlijke wijze, en je beeld van de wereld van quilten – als je dat al had – zal na dit boek niet meer hetzelfde zijn. Niks lieve oude omaatjes; Claire wint prijzen om haar bloeddorstige, confronterende quilts, die angstaanjagend naar je grommen. Claire zelf is al even kleurrijk; letterlijk een ‘vrouw van formaat’, niet over het hoofd te zien, met maling aan wat anderen denken, maar wel een fluweelzachte stem. Het zijn dit soort beeldende details die je het verhaal in geur en kleur doen ervaren.

Als een cadeautje pakt het verhaal zich uit, afwisselend verteld door Claire, Axel en Josefien. De misverstanden die zich in en dankzij de gezinsrelaties voordoen en de consequenties daarvan laat Renate Dorrestein naadloos in elkaar overvloeien, zonder alles meteen weg te geven. Hoe giftig de appel uiteindelijk gegeten wordt blijft zo tot het einde spannend.

Deze recensie schreef ik voor Zin nummer 11 in 2011